Van Energietransitie via Materiaaltransitie naar een Welvaartstransitie…

Wij zijn toch vooral met de energietransitie bezig. Echter, ons voornaamste probleem is niet energie, maar materiaal. Energie is er genoeg , zonder dat we die hoeven uitputten of met vervelende neveneffecten als klimaatopwarming. Denk aan zonnestraling, oppervlakte water, wind, aardwarmte, waterkracht. Maar het vergt materialen om die te vangen en om te zetten in bruikbare vorm. En materialen in hoeveelheden nemen af , net zoals in kwaliteit. De ertsen worden schaarser en verdund. Het bos areaal is ook beperkt. En het bruikbare zand is al op. Wij hebben een materiaal probleem. Wat wij nodig hebben is een materiaal transitie. Zowel in hoeveelheid als in soort.

Wat dat betreft zijn Duitse wetenschappers ons al voorgegaan. Al begon het nog in de jaren negentig al met de ‘energiewende’ , met als grote man daarachter Herman Scheer. Helaas te vroeg overleden, de dag nadat hij op onze Int. duurzaam bouwen conferentie in Maastricht in 2010 nog een lezing had gegeven. Maar ook toen al, in de jaren negentig, was het besef in Duitsland dat er een materiaal probleem opdoemde. Zo was daar Ernst Ulrich von Weiszacker, die factor 4 op de kaart zette, en Factor 10 voor geïndustrialiseerde landen. [1] Duitsland is hierin gids land, met een lange geschiedenis. Of neem Wackernagel, (ok, uit Basel, maar dat is de grens) die met Rees de eco-footprint op de kaart zette. [2] En niet te vergeten Schmidt-Bleek, die de ruck sack introduceerde: alle bronnen die direct of indirect  ingezet zijn om bepaald product te verkrijgen. [3] Dat leidde samen met Brinzegu tot het MIPS concept: Material input per unit of service. [4]

Schmidt Bleek zette dit alles breed op de agenda met zijn paper: “Wieviel Umwelt braucht der mensch?” ( Hoeveel bronnen heeft de mens nodig).[5] Wat hij later, tijdens een World resource forum in Davos, neerzette als de noodzaak tot een ResourcenWende, als belangrijker dan de EnergieWende. Immers geen energie zonder materialen en vice versa, en energie is er genoeg…. Braungart kwam, samen met McDonaugh, tot zijn Cradle to Cradle benadering, een materiaal strategie, waarbij effectiviteit op de agenda kwam: Als je iets doet, doe het dan goed. [6] Maar de vraag is nog eerder: kunnen we het wel doen, is er wel genoeg materiaal? (zie ook vorige bijdrage)

Lettenmeier en co gaf die laatste vraag verder handen en voeten, door factor 4, mips, rucksack enz. te vertalen in de noodzaak om van 30 ton per capita per jaar aan grondstoffen terug te gaan naar 8 ton. [7]

Wij moeten terug, in materiaal hoeveelheid. Zeker met de energietransitie, die de materiaalvraag alleen maar opstuwt, via windturbines en zonne panelen bijvoorbeeld. Dus de vraag moet omlaag. Zoals de Zwitsers jaren geleden al bij referendum instemden om naar een 2000 Watt maatschappij te gaan wat betreft energie, dat moet gepaard gaan met dus die “8-ton maatschappij” (al is dat nog nergens geformaliseerd, en zou het nog wel eens minder kunnen zijn.) . En dat gaat niet met alleen een energie wende, dat vergt veel ingrijpender veranderingen: Dus niet het stapsgewijs invoeren van hernieuwbare energie of het stapsgewijs invoeren van verduurzamen van woningen, maar het stapsgewijs invoeren van reductie van consumptie, van vermijden van vraag naar alternatieve voorzieningen, ofwel het stapsgewijs invoeren van een andere levensstijl! Dat is de echte transitie. En daar kunnen we wederom leren van Duitsland, die daarmee al volop bezig is. De ‘wohlstandwende’ , ofwel de welvaartstransitie. [8]

Scheer, Weiszacker, Wackernagel, Braungart, Schmidt Bleek, Brinzegu, Lettemeier, Zij wezen ons al jaren geleden de weg.

Die ‘8 ton maatschappij’ alleen is overigens niet voldoende. Het toont in het algemeen de goede richting, maar als dat 8 ton aluminium is , is dat nog steeds desastreus. Omdat die dus die energiewende om zeep helpt, dat wil zeggen enorm veel windturbines en zonnepanelen vergt, dus weer materiaal vraag creëert. Energie en materiaal zijn nu eenmaal onlosmakelijk met elkaar verbonden. En voor energie hebben we een schier oneindige bron, de zon, maar voor materialen niet. Die 8 ton materialen zullen ook materialen moeten zijn die weer een laag beslag op secundaire bronnen doen. Dat leidt al snel richting organische cq biobased bronnen, en dan ook nog die bronnen die met weinig bewerking in bulk kunnen worden ingezet. De low tech , met een lage MIPS, en kleine rucksack zogezegd.

De kringlopen moeten namelijk blijven draaien, en hangt af van een combinatie van factoren, per soort bron, van het volume onttrokken, de snelheid van de bronnen door het systeem en de energie om die kringloop aan te drijven. Systeem energie ( natuurlijke kringlopen) , of door mensen geïnvesteerde (aandrijf) energie, in geval ze daar andere producten van willen maken dan binnen ecologische processen vanzelf gebeurd. Het is vergelijkbaar met wat de meesten van ons zich nog wel kunnen herinneren van de natuurkunde van de middelbare school: de PxV/T=C formule: in een gesloten systeem is druk maal volume gedeeld door temperatuur een constante. In feite is er met grondstoffen in een kringloop hetzelfde aan de hand: het volume x de aandrijfenergie gedeeld door de tijd/snelheid bepaalt de impact, ofwel, om de impact constant te houden (binnen volhoudbare grenzen) , dan moeten als 1 parameter verandert, de anderen mee veranderen om dat te compenseren, voor gelijke impact. Dus als het volume van grondstofgebruik verdubbelt, dan moet de snelheid van het gebruik halveren ( 2 x zo lang worden) om de materiaal impact in de tijd niet te verhogen. Of ook de aandrijfenergie afnemen. Anders gezegd: we kunnen wel twee keer zoveel produceren, maar dan moet alles twee keer langer meegaan, om op dezelfde impact te blijven ( en die is al te hoog, we moeten al naar een sterke vermindering, minstens die 8 ton, om de impact omlaag te brengen. Constant houden is al een gepasseerd station.

Met steeds meer mensen, is dus ook het beschikbare volume per persoon minder, of indien iedere extra aardbewoner hetzelfde zou krijgen, , dan dient iedereen veel langer met de grondstoffen cq producten te doen, om de uitputting per tijdseenheid niet te vergroten.

Vandaar dat het toch vooral minder minder minder zal zijn, Minder volume, minder snelheid van gebruik, minder energie om de zaak aan te drijven.

Maar dus ook te vertalen als ‘minder vervangen’ , ‘ minder materiaal’ . Naast : minder vlees, minder vliegen, en zelfs minder (oppervlak) verwarmen , en ga zo maar door. En niet via de energietransitie de materiaal volumes te laten exploderen, ( zie vorige artikel, [9]) .

Dat is geen leuke boodschap, maar we zagen hem natuurlijk al van mijlenver aankomen.

We moeten de manier waarop we leven veranderen, renoveren, en niet alleen onze woningen renoveren. We moeten ook anders gaan wonen. Meest voor de hand liggend: op minder m2 per persoon om te beginnen. En zeker op minder verwarmde m2 per persoon. Maar ook hoe we ons verplaatsen, ( als dat onvermijdelijk is), hoe we in bepaalde functies voorzien ( denk weer aan was drogen) , en hoe we de zaken organiseren: : niet met op winstbejag gedreven consumptie, maar op coöperatieve oplossingen voor onze behoeften, binnen die planetaire grenzen aan in dit geval vooral materialen.

Een welvaartstransitie dus. Maar let op: dat betekent dus ook dat je minder hoeft te verdienen, en dus minder hoeft te werken… ! En dat we dus ook minder mensen nodig hebben, waarmee dan het huidige arbeidstekort ook snel is opgelost…

 

 

[1] Factor Four by Ernst U. von Weizsacker , Earthscan 1998.

factor 10 institute: http://www.factor10-institute.org/index.html

[2] ecofootprint: Wackernagel, Mathis & Rees, William (1996)”Our Ecological Footprint” (New Society Press) and: https://www.footprintnetwork.org/

[3] Der ökologische Rucksack: Wirtschaft für eine Zukunft mit Zukunft Broschiert – April 2004 , von Friedrich Schmidt-Bleek

https://www.amazon.de/%C3%B6kologische-Rucksack-Wirtschaft-eine-Zukunft/dp/3777612898

en https://www.ressourcen-rechner.de/

en rucksack tabellen 2014

https://wupperinst.org/uploads/tx_wupperinst/MIT_2014.pdf

[4] calculating MIPS: https://wupperinst.org/en/a/wi/a/s/ad/584/

[5] boek ‘Wieviel Umwelt braucht der mensch”: https://wupperinst.org/a/wi/a/s/ad/343/

[6] C2C: https://epea-hamburg.com/

[7] Lettenmeier, M. et all, 2014, Eight tons of materials footprint, in Resources, 3(3), 488-515

[8] Lees “die Grosse Transition” , ( in Duits) , Uwe Schneidewind, Fisher Verlag, 2018, isbn 978-3-596-70259-6

[9] http://ronaldrovers.nl/transitie-toename-materiaalgebruik-energie/

ronald rovers