Het zijn Steden die de komende decennia (en deels nu al) alle problemen concreet op hun bord krijgen, zo redeneerde ik in mijn zojuist verschenen boek Post Fossiel Leven. Intermenselijke problemen, zoals we die nu in ruime mate al zien. Maar het leven in de stad is ook losgezongen van de fysische werkelijkheid, en compleet afhankelijk van bronnen die van ver moeten worden aangevoerd. Veelal van over grenzen, die in een toekomst waarin tekorten ontstaan, wel eens niet te overbruggen zullen zijn. Ook in eigen land, kunnen al problemen ontstaan, zoals stroom infarcten zoals al voorspeld door de energiebedrijven, die de transitie niet kunnen bijbenen.
In een stad ben je dan overgeleverd aan de goden, waar haal je je eten vandaan, waar de energie, waar het water als de druk wegvalt of het verontreinigd is, en hoe krijg je energie voor verwarming of wat verlichting, laat staan voor de lift naar de 20ste verdieping, en zelfs energie voor een ziekenhuis wordt na een tijdje een probleem.
In die stad zelf is iedereen aan het feesten, houdt zich absoluut niet bezig met de de basale problemen of voorzieningen voor het overleven, maar is bezig met beleggen , handelen, bezorgen, en met dansen, feesten, schilderen of toneelspelen. Allemaal zaken die weinig van doen hebben met de basisvoorzieningen om te overleven. Terwijl buiten de stad die problemen zich ophopen, gaat het feest daarbinnen door, als het orkest op de Titanic dat blijft spelen. (‘dromen en dansen’ [1])
Maar dan zou toch op zijn minst het stadsbestuur zich daarmee bezig moeten houden, de gemeente, die als eerste verantwoordelijkheid heeft voor haar inwoners te zorgen, om de voorzieningen daarvoor te regelen en overeind te houden… Hoe zorgt de gemeente ervoor dat als de stroom uitvalt , burgers geholpen worden, op korte termijn? Of als het water vervuild is, tenminste de drinkwater voorziening voor huishoudens kan doorgaan, of een basis hoeveelheid stroom lokaal aanwezig is om wat straatlantaarns en beveiligingen overeind te houden?
Steden zijn zich niet helemaal onbewust van de gevaren die hen bedreigen, of van de veranderingen die gewenst zijn. Uiteraard als eerste natuurlijk klimaatverandering. Daar werden ze onlangs nog eens duidelijk op gewezen, via de overstromingen in Nederland, België en Duitsland.
Sommige steden ontwikkelen wel plannen, maar dat gaat traag, en in de praktijk gaat intussen voorlopig de oude aanpak gewoon door en stimuleren steden liever economische groei. Ondanks dat het niet nodig is, iedereen heeft al werk.
Er zijn wel initiatieven zoals slow cities, transition towns en C40. Ook deze zijn vaak niet integraal en volledig, en vergen enorm veel tijd. Bottum up initiatieven zijn er ook de nodige, wellicht succesvoller, echter slechts met betrokkenheid van een klein deel van de bevolking, zoals gezamenlijke boeren initiatieven en energie coöperaties.
Op stadsniveau is er wel een indrukwekkend voorbeeld met betrekking tot energie, en dat betreft het stadje Güssing in Oostenrijk; dat draait al 15 jaar op eigen hernieuwbare energie, met allerlei nevenvoordelen. En is bovendien ook qua voedsel en water zelfvoorzienend. Het kan wel, dus*.
En vergeet niet, het probleem komt snel dichterbij, Enige tijd geleden waren er de berichtend dat Amsterdam mogelijk een stroominfarct tegemoet kan zien, In België is al een schema opgesteld welke wijk of dorp of stad bij grootschalige stroomuitval als eerste wordt afgeschakeld, en welke het laatst. Wat overigens een run op dieselgeneratoren teweeg bracht, de bewoners namen hun eigen initiatief, alleen niet geheel in lijn met de transitie-bedoelingen.
De grote stroom uitval in India een paar jaar geleden, trof 600 miljoen mensen (!), meer dan de hele EU, en kwam volkomen onverwacht. In sommige streken duurde dat maanden. In dit geval was het effect op de meeste mensen nog niet zo heel groot, omdat ze nog in grote mate gewend waren hun eigen boontjes te doppen, ze waren redelijk zelfredzaam. Dat wil zeggen, productief en consumptief waren nog niet zover uit balans als bij ons. Maar dat is in de geïndustrialiseerde wereld amper meer het geval.
Wat de effecten in steden en regio’s zal zijn van dergelijke interrupties, is in grote mate onbekend. Wat gebeurt er bij zo’n grootschalige blackout als in India? (ik kan bestuurders aanbevelen de roman Blackout van Marc Eisberg te lezen!) En wat als drinkwatersystemen falen na weer een droge zomer? Ook dat komt steeds dichterbij.
Een stad dient zich daar op voor te bereiden, en een rampenplan te hebben, zeg maar overlevingsplan. Niet alleen voor brand, maar ook voor energie, informatie, voedsel, water en materiaal tekorten of rampen. En om enig inzicht in de uitgangspositie te hebben , zou een stad natuurlijk de nodige berekeningen moeten uitvoeren. Net zoals banken onderworpen werden aan een stresstest na de banken crisis, is het tijd voor een stresstest voor steden / gemeenten, maar dan voordat er stront aan de knikker is. Vandaar dat ik voorstel dat iedere stad een stress test ondergaat, precies, net zoals de banken destijds. Een stress test in 3 a 4 stappen, iedere stap wat gedetailleerder als de vorige stap daar aanleiding voor geeft.
Een stress test die laat zien in hoeverre een stad in staat is calamiteiten op te vangen, en voor hoe lang, voor welke bronnen , en voor diverse scenario’s. Dat is overigens vooral land gebonden: land nodig voor voedsel, water energie en (biobased) materiaal.
Gebaseerd op de bevindingen in diverse projecten, kom ik tot een eerste indeling in drie niveaus, en evt. een vierde niveau dat de sociale bestuurlijke kant betreft, als volgt:
1 de Helikopter analyse: de start situatie: wat is de bronnen beschikbaarheid per persoon binnen gemeente grenzen, wat zijn de stad haar eigen bronnen en potenties (land!), en wat haar behoeften ( de basale noden in tijden van stress) Dat geeft al een indicatie.
2 de Vitaliteit: uitgebreide vraag en aanbod analyse: wat is de input in het (stad-)systeem per bron en onderdeel, wat is productie van binnen de stad (-sregio) zelf, wat is de output van de stad (ook in afval), en wat zijn de kritieke onderdelen. Dat geeft aan hoe stromen bij tekorten evt. zijn te verleggen.
3 adaptatie analyse: een uitgebreide stedelijke potentie studie (een eerste poging is destijds als ‘Urban Harvest +’) project gemaakt [2]), waarbij alles in kaart gebracht wordt: wat is er en hoe gaan we alles aanvullen zodat we voorbereid zijn op scenario’s als hieronder Wat zijn de voorraden die aangelegd kunnen worden ( denk aan watervoorraden bij belegeringen vroeger!) , wat is het potentieel dat op korte termijn ontwikkeld kan worden, hoe kunnen leidingen omgelegd worden, hoe kan (snel) grond vrij gemaakt worden voor voedsel productie, etc.
Het geheel zou uit te drukken zijn in 1 cijfer: hoeveel inwoners kunnen, als alle verbindingen en leveranties wegvallen, overleven op basis van aanwezige voorraden? En hoe lang?
Uiteraard zullen bewoners dan een hoop niet noodzakelijke dingen moeten nalaten, en dat vergt een:
4 Sociaal potentieel analyse. Er zal op zon moment heel snel heel veel moeten veranderen, en veel aanpassingen van de mensen vragen. In hoeverre is de samenleving daarop voorbereid? Wat is een methodologie om alles te implementeren?
Iedere stap vereist meer onderzoek dan de vorige, maar maakt ook steeds duidelijker hoe het zit.
Een (beperkt) voorbeeld mbt materialen heb ik een tijd geleden eens gemaakt op basis van cijfers voor Londen. [3]
Scenario’s
Er zijn verschillende scenario’s waartegen de cijfers afgezet zouden kunnen worden om grip te krijgen op wat wel en niet mogelijk is:
A: 100% stroomuitval over zekere periode: 1 dag, 1 week etc.
B: Internationale boycot rond in of uitvoer van bepaalde voedingsmiddelen
C: drinkwaternet onbruikbaar door vervuiling of vergiftiging ( terrorist actie)
D: drinkwatertekorten
E: olie boycot , alle import gestopt. (denk aan jaren 80)
F: een nieuw virus a la corona (genoeg ‘toiletpapier?*)
G: gecombineerde stress. , etc.
En dan zijn er nog andere bedreigingen zoals door Sievert beschreven [4], zoals enorme instroom van vluchtelingen, of economische instorting, met mensen in geldproblemen.
En niet ondenkbaar komende jaren is een CO2 lockdown, net zoals we die al voor stikstof hebben. In dat kader heb ik twee jaar geleden al eens verkend wat dat betekent voor een gemeente, in dit geval was het de gemeente Schouwen Duiveland. het rapport is hier beschikbaar: [5]
Wat ook kan helpen als voorbeeld is een stresstest/studie van de deelgemeente Kerkrade West [2] en een verkenning van het eigen potentieel van 70 steden mbt energie water, en landbouw, zoals in de annex van het recente boek beschreven. ( de annex is vrij beschikbaar op deze website [6].)
In ieder geval lijkt het me zaak gemeenten hier op aan te spreken, in hoeverre kunnen ze hun inwoners soelaas bieden in tijden van stress. Want dat die er aan komen staat wel vast. En dat steden dan een centrale rol zullen hebben eveneens. Dus aan de slag.
.
* De burgemeester aldaar begon eind jaren negentig met een aantal vrienden een initiatief om de stad van hernieuwbare energie te voorzien. Het stadje kende 3000 inwoners, maar liep leeg: de jeugd vertrok naar steden elders., er was weinig werk. En de burgemeester realiseerde zich dat er 6,5 miljoen aan energiekosten werd uitgegeven, geld dat uit de regio verdween. Hij redeneerde: als we nu zelf energie opwekken dan blijft dat geld in de regio en stimuleert de economie. Om een lang verhaal kort te houden: na 15 jaar was het gelukt: wind, zon, een biomassacentrale , het heel stadje werd van eigen hernieuwbare energie voorzien. Er ging X miljoen aan energie kosten om in de eigen regio. En na een aantal jaren waren er tientallen bedrijfjes bijgekomen en 100 arbeidsplaatsen.
Op bezoek in Güssing vroeg ik de burgemeester, Peter Vadasz, of dat niet ten koste ging van de voedsel en materiaal voorziening, waarvoor we ook een transitie moeten maken. Het bleek dat er geen hectare landbouw grond opgeofferd voor de energiebalans, en het stadje kon nog steeds ook indien nodig in zijn eigen voedsel voorzien, en eventueel wat materiaal. OK, het was een agrarisch gebied, dus voor een deel meer productief dan consumptief, maar desalniettemin, Het kan dus.
Maar Güssing is een uitzondering. Ja er is ook nog Samso, een eiland in Denemarken, maar die hebben een offshore windpark, dat is niet representatief voor de gemiddelde stad.
.
** Dat klinkt belachelijk, we gingen niet ineens meer naar de wc. Maar er was wel degelijke een tekort, dat wil zeggen , aan huishoudelijk toiletpapier. Iedereen ging plots thuis naar het toilet, ipv op het werk. Dus zaten de producenten met tekorten aan toiletrollen, en met een overschot aan grote industriële rollen. Dat omschakelen kostte enkele weken. Een (klein) voorbeeld van aanpassingen die nodig kunnen zijn.
.
[1] stedelijk dromenland: https://ronaldrovers.nl/leven-in-dromenland/
[2] UH+, en Studie Kerkrade West: deel A en B, en English summary: https://www.maxergy.org/urban-scale/
[3] Londen exercitie: https://ronaldrovers.nl/circulaire-steden-consumptie-exercitie-londen/
[4] Resilienz – Zur Neuorientierung des Planens und Bauens, Thomas Sievert, The Planning Review Volume 48, 2012 – Issue 1 , https://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/02513625.2012.702989
en:
Resilienz, heft 4 2013, informationen zu raumentwicklung, Bundesinstitut fur Bau-, Stadt-, und raumentwicklung, https://www.bbsr.bund.de/BBSR/DE/veroeffentlichungen/izr/2013/4/Inhalt/izr-4-2013-komplett-dl.pdf?__blob=publicationFile&v=1
[5] Schouwen Duiveland Stress test: https://ronaldrovers.nl/co2-budget-voor-een-gemeente/ en https://schouwenduiveland.raadsinformatie.nl/vergadering/895357
[6] Annex: https://ronaldrovers.nl/boeken/post-fossiel-leven/annex-1-stedelijk-potentieel/