Over iets ouds maken wij ons niet druk, dat gebruiken we niet meer, althans, daar ontlenen wij geen commercieel democratisch geluk meer aan. Dat is er, en dat vervult zijn functie, zonder dat het ons aanzet tot extremen. Het is juist het steeds weer opnieuw aanbieden van iets, dat ons doet besluiten niets niets te laten en iets te ondernemen. Hetzij kopen, hetzij sparen om het te kopen. En tot voor kort lenen om het te kopen.
De overheid speelt hier een cruciale rol. In het algemeen, denk aan de nog steeds rondwarende Tatcher doctrine met Anglo-Amerikaanse koop en groei woede, maar ook in haar enthousiasme steeds milieu en energiebesparing te promoten, gaat de overheid mee doen, en zoekt de oplossing in steeds weer nieuwe producten, en ondersteunt en roept om technologische ontwikkeling. Het is de ideale afleidingsmanoeuvre voor de behoefte aan vermindering milieubelasting. Technologie!, die moet het oplossen, en we investeren daarin. Met andere woorden: als die ingenieurs het niet oplossen is het buiten hun macht om er iets aan te doen. Dit gaat al tientallen jaren zo. Maar het is een vlucht vooruit, zonder het probleem nu eens feitelijk te analyseren.
Neem vervoer en infrastructuur. Dat laat prachtig zien hoe wij met problemen omgaan: als de wegen te druk worden , roepen bestuurders: “mobiliteit is een recht”, en gaat de overheid overstag en bouwt nieuwe wegen. Als er dan smog ontstaat, en fijnstof deeltjes, roept de overheid: technologie ontwikkeling! en steekt geld in katalysators en wat dies meer zij,. Dan klagen mensen over geluid, en stapt de overheid naar de civiele industrie: ‘Stiller asfalt hebben we nodig’. En als de milieulobby roept om maatregelen tegen klimaatverandering, en dus om CO2 beleid, reageert de overheid met een stimuleringsprogramma ‘Schoner produceren‘, en wil CO2 afvangen bij centrales en ondergrond opslaan ter compensatie: weer nieuwe Technologie om het vuil onder het karpet vegen. Zo wordt niet het probleem aangepakt, maar de neveneffecten, die zelf weer nieuwe corrigerende maatregelen vergen. Of zoals Huesemann het verwoord: technology creates problems which technology can solve … [1]
Een ander middel daarbij zijn gelimiteerde CO2 credits voor de industrie (ETS) . Maar daardoor leg je er grenzen aan op, ze worden schaars en geprivatiseerd , dat is tenminste de idee, waardoor er weer geld mee te verdienen is. Bovendien krijgen de bedrijven deze dus schaarse goederen, voor niks… Hoeveel boter op je hoofd moet je hebben om te denken dat we het zo oplossen? Zoals Kenis & Lievens [2] het benoemen: “ Het is niet de vervuiler betaald maar de vervuiler verdient”. De CO2 rechten zouden aan de burgers moeten worden gegeven!
In geen enkele van deze gevallen wordt het probleem aangepakt. Hoe zorg je er bijvoorbeeld voor dat er niet gereden wordt (of hoeft te worden) , of minder, of anders .
Toegegeven, zonder de waardering van niets (zie vorig artikel), zal altijd iets de voorkeur genieten. De kunst is dus het ‘niets‘ te waarderen. dus bijvoorbeeld ook het niet-bouwen te waarderen: ofwel intensief gebruik van bestaande gebouwen . Neem woning verwarming. Daar hebben we de afgelopen honderd jaar de nodige verandering en technologische vernieuwing in gezien, vergelijkbaar met het vervoers voorbeeld. Om diverse redenen, en de laatste 30 jaar vanwege het milieu. Maar het begon met een olie of kolen kachel rond 1900. Zon 6 mud kolen werd ingeslagen om de winter door te komen, in een gemiddeld Amsterdams grachtenpand. , Dat werd vervangen door centrale systemen, later op aardgas. Daar werd gelijk maar een centrale verwarming van gemaakt. Daarna kwam de isolatie, eerst van wanden, later dubbel glas en ++ glas, nog gecombineerd met thermostaten, kraan thermostaten, afzuigkappen, centraal afzuigsysteem, gebalanceerde ventilatie, en ventilatie met wtw. En wat heeft dat alles opgeleverd: We hebben veel meer comfort, veel meer “gezondheid”. Maar het energiegebruik nam niet af, ondanks 25 jaar campagnes sinds de “energiecrises” van 1975. Het verbruik anno 1900 per m2 is gelijk aan dat van een woning anno 2000! Het verschil zit hem erin dat destijds slechts 1 kamer werd verwarmd, en alleen ten tijde van aanwezigheid, meestal ’s avonds. Nu wordt het hele (en grotere) huis , de hele dag op 20 graden gehouden. Winst in comfort, maar geen druppel energie bespaard. 1 Het gaat om de kunst van het niet verwarmen, niet om de kunst van het wel verwarmen….
En nu zijn we bezig met weer grootschalig technologie: Het volledig inpakken van woningen om ze naar 0-energie te krijgen, met ene enorm rebound effect in materialen, allemaal verkocht onder het motto ‘comfortverhoging’. Met verlichting hetzelfde: Vanaf het eerste peertje tot de spaarlampen : er is geen kWh bespaard, sterker het is alleen maar gegroeid: meer lichtpunten, meer lampen, langere gebruiksduur woning, dus langer licht, meer lampen . Het is de vraag of Led de oplossing zal zijn, dat vergt minder energie, maar meer schaarse materialen, en wellicht ook weer meer lichtpunten. Het is het rebound effect waarbij investeringen wel leiden tot comfort verhoging en gezondheid, of tot besparingen die echter in andere, meer energie verbruikende apparatuur wordt gestoken. Netto resultaat 0 of zelfs negatief. Wat we nodig hebben is niet innovatie, maar ehet afzien van innovaties, het niet gebruiken van technologie, of zelfs het teruggrijpen naar lowtech oplossingen.
In vele (geïndustrialiseerde) landen wordt promoten van gezondheid en comfort gebezigd, als argument /mogelijkheid om nog iets op milieugebied gedaan te krijgen. Maar dat is dus een doodlopende weg: niet alleen leidt het juist en uitsluitend tot comfort en gezondheids verbetering ( althans in naam, later meer), maar nog erger, door het constant verkopen van milieu onder de noemer gezondheid en comfort, doet dit de opvatting postvatten dat iets dat goed is in “ comfort” opzicht, goed is voor het milieu. Dus comfort verbetering is al gauw geassocieerd met milieu verbetering. Het maakt stinkende wonden. Iets is goed voor het milieu of niet, laten we dat helder bij de naam noemen. Die zogenaamde marketing technieken zijn precies wat het zegt: voor het vermarkten van producten, het vergroten van de markt, en niet voor het verbeteren van het milieu, dat zit in andere zaken. Zit er echter in Europese markten nog enig sociaal en cultureel gevoel, de Anglo- Amerikaanse opvatting is uitsluitend en alleen gericht op het maken van “omzet “en verdienen van geld, als motor, ook via de WTO en Wereldbank uitgedragen om anderen te committeren. En zoals gezegd, dat leidt, met een mank bestel, altijd tot milieudruk verhoging. Het rebound effect is ook vastgesteld in materiaal opzicht . Ondanks de-materialisatie beleid, is materiaalgebruik per inwoner toegenomen, onder andere door het groter ruimtegebruik, om diverse redenen, oa zoals hierboven geschetst. En de overheid gaat daar in mee, ingefluisterd door lobby’s.
Het is geen overheids (ministers-) taak om individuele belangen te behartigen , van personen of bedrijven ( wat iets anders is als zwakken te beschermen) , het is haar taak het collectieve belang in het oog te houden. Als iemand groter of comfortabeler wil wonen, moet hij dat zelf weten, en als het dat lukt, prima, Maar dat hoeft een overheid niet te faciliteren . Net als een bedrijf dat wil groeien. Mooi, maar geen gemeenschappelijke belang: Allebei zullen ze een grotere milieuimpact veroorzaken die dan , om de individu en bedrijven te ontzien ,weer moet worden gecorrigeerd met technologie. Ze creëren hun eigen rebound effect. En dus weer gevolgd door de roep om technologische innovatie, want de milieudruk neemt toe: materiaalgebruik ,energiegebruik etc. Het is eigenlijk te dom voor woorden.
Er is echter geen technologie ( producten) nodig om dit probleem op te lossen, er is een fundamenteel andere organisatie van de zaken voor nodig, om rebound effecten te vermijden. In feite zou ik dit willen omschrijven als “Exnovatie”: het niet toepassen van (technologische) innovatie. De Wu Wei van het vorige artikel. Het niet kopen van een wasdroger A+ , en over 4 jaar weer een die A+++ is, maar de was aan de waslijn drogen. Het niet aanbrengen van een elektrische deurbel met 86 muziek opties, die straks weer gekoppeld wordt met een camera en wifi zodat u op vakantie kan zien wie er aanbelt om dan te zeggen dat hij het pakje maar bij de buren moet afgeven, maar een eenvoudige duw of trekbel. Die bezorger snapt wel dat u niet thuis bent… En ga zo maar door.
Het zit hem daarentegen juist wel in systeem-innovatie, organisatie-innovatie zo u wilt , maar niet in technologische innovatie. Het waarderen van het niets ipv het iets. Dus als er al iets geïnnoveerd moet worden, is het wel ons bestel , de democratie, de economie, maar niet de technologie.
We moeten met beide benen op de grond terug zien te komen, en ons bezinnen om waar het nu eigenlijk om gaat, en niet als kippen zonder kop achter innovatie aanrennen, maar eens goed nadenken wat wel en wat niet. Nadenken over Exnovatie, als optie.
[1] Techno-Fix: Why Technology Won’t Save Us Or the Environment Huesemann & Huesemann
[2] Kenis A and Lievens M (2015) The Limits of the Green Economy. From re-inventing capitalism to re-politicising the present. Routledge Studies in Environmental Policy, London: Routledge
1 Ca 170MJ/m2 vloer voor verwarming, grachtenpand Amsterdam en NL referentiewoning 2000.